“Kijk, Japie, daar is Harms ook.” Niet veel later schiet de deur van het kleine café de Gulle Gaper open en wordt de ruimte gevuld met de aanwezigheid van Harms. Zijn witte baard steekt heftig door de wind opgestreken,  in de hoogte. “Môgge mannen, môgge. Doe maar koffie.”

 “Zo, die is knap aangebrand lijkt het wel. Tjonge, ’t lijkt wel of die ook een dagje ouder en witter wordt”  mompelde Wapse. Met een schuin oog hield hij de bewegingen van Harms in de gaten. Zwijgend nam Harms plaats. “Druk met de komende verkiezingen Harms?”

Wapse wilde natuurlijk weer het naadje van de kous weten. Maar Harms was niet on speaking terms. Dat zag hij zo wel. Zonder iets te zeggen lurkte Harms aan zijn bakkie troost. “Wat is’t Harms? “

“Ach,ach, Wapse. ’t Leven. Ik ben mij vanmorgen werkelijk te pletter geschrokken”. “Zo erg?”  “Ja man, de schaamte drupt nu van mijn lijf en leden. Ik weet niet hoe ik moet kijken in de gebeurtenissen van deze wereld. De wereld staat op zijn kop. Ik sta op mijn kop, nou ja bijna dan, en dan kom ik tot een gruwelijke ontdekking. Ik weet niet of er enige vorm van rechtvaardiging bestaat. Ik kan wel als een mol onder de grond kruipen. Ben bang dat ik dan nog de grond doe kleuren van schaamte op mijn kaken. Kom Japie,  douw er maar wat bruins bij want ik kan ze blijkbaar wel erg bruin bakken. Eindelijk mannen, sloeg ik eens mijn digitale verbintenissen met deze wrede wereld open. Eindelijk bekeek ik eens wat er via die digitale weergave was gebeurd. Eindelijk zou ik een oud collega van de nodige hiep hiep hoera’tjes gaan verrassen. En weet je wat blijkt? Alle contacten zijn verbroken. Man man,  wat een waardeloze en nare zaak. Want nu blijkt, ik schaam mij diep diep diep, dat ik mijn oud collega zijn dag van baarmoederlijke uitdrijving heb gemist met mijn felicitatie”.

’t Werd heel stil in de gelagkamer.  Zachtjes zet Japie een bakje bruine bonensap voor de vertwijfelde Harms. Nog net geen snik, maar ja als je ook meer dan 11 jaar ouder bent dan zijn jonge oud collega,  en inhalen doe je zoiets nu eenmaal niet, ja daar moest Harms blijkbaar wel een traantje voor wegpinken. Dat hij die dag was vergeten, hij kon wel door de grond zakken.

” ’t Zit je niet mee Harms” zei Japie. Ik kan mij voorstellen dat je dat heel vervelend vind. Stond het dan niet in je agenda?” Harms schut nu vertwijfeld zijn hoofd. Altijd bij de tijd. Maar nu blijkbaar niet. “Ach Japie, kijk ik kan mij van alles en nog wat voor de geest van herinneringen trekken. Dit moest ik, dat deed ik, die afspraken waren er, de computer is even aangepast, het zijn  Japie,  als het erop aankomt allemaal smoesjes.  Schaamte Japie,  dat is wat overblijft. Zestig jaar en je dan verdikkie gewoon door de tijd laten inhalen. Geen aandacht. Schaamte Japie, diepe schaamte.  Een mens vergeten te feliciteren met de mijlpaal van zijn leven. Van 59 naar 60 Japie. Dat is een hele hele stap. En kom mij niet aan met het verhaal dat “hij zijn verjaardag toch nooit vierde”. Voor hem was het een hele drempel over. Op naar deeltijd pensioen en zo. Hoe kan ik dat ooit goed maken?”

De drie mannen zwegen. En misschien paste dat wel bij dit moment. Ontwricht door eigen sores en vergeten de zegeningen van één dag op het juiste moment te vieren.

Harms vermande zich. “Hoewel ik geen eens een woonadres heb, heb ik het digitale netwerk tot mijn beschikking mannen. We nemen er nu eentje op de zestig, vooruit en zeggen alsnog “Hiep Hiep Hoera”. 

En ja zo werd op die late oktoberdag waar ook nog een andere  oud collega, maar waar Harms al helemaal geen contactgegevens meer van heeft en die haar geboortedag altijd op Hervormingsdag viert, al ’s morgens vroeg in de olie gezet.

Gedenkwaardag. ‘Op jullie beider verjaardag dan maar! Proost. Wordt maar Hervormd in Uw denken”, mompelde Harms, terwijl hij snel met zijn zakdoek een traantje wegpinkte en zijn glas leeg kieperde.

Nunspeet, 31 oktober 2023