Soms………

Soms ontvouwd de geschiedenis. Het kan op een heel eenvoudige manier. Soms. Wat is er aan de hand? Misschien wist men het niet, maar al heel mijn leven heb ik een ernstig gemis.

En dan kun je met de handen in het haar zitten. Heel mijn leven is getekend. Een tienvinger diploma typen? Nooit gehaald, maar wel met goedkeuring voor 9. Gitaarspelen met mijn linkerhand? No way. Niet mogelijk. Orgelspelen met 10 vingers? Nee, ik moest mij altijd, altijd aanpassen. Kon ik nog met links schrijven? Dat was snel voorbij. De pen viel niet meer vast te houden en ik moest voor rechts door het leven. 

En steek nu niet het vingertje op. Het is dat wonderlijke stukje vinger wat ik mis.

Mismaakt, vanaf mijn 4e jaar, en nu op mijn 68e word ik ineens heftig met mijn verleden geconfronteerd.

Natuurlijk, die handicap van heel mijn leven heb ik redelijk overwonnen door mij gewoon aan te passen.

Maar hier viel niks meer aan te doen.

Soms ontvouwd zich de geschiedenis.

Het kwam zo.

Uit een nalatenschap vond ik een brief van mijn moeder.

Ongecensureerd noteer ik het volgende uit de brief gedateerd  8 augustus 1956:

Plaats des onheils: Mr. Bruntstraat 9 ’s Gravenzande. 

“Zat(erdag) j.l. (4 augustus 1956)  heeft onze Pieti ook eens weer een ongeluk gehad. We waren een poosje naar het strand geweest dan kom je thuis met een boel nat smerig spul. Ze hebben alle 3 een zwimbroek en de badd.(doeken) en ik heb er een beetje bij zitten bibberen want ’t was zo’n koude wind. Toen we thuis waren was ’t daar heerlijk in ’t tuintje en we zaten op de bank boontjes af te halen enz. Kees vond een paar ligstoelen in de schuur en later +_ half 6 zat Pieti er in. En ik dacht  wat is een mens toch mal. Wat loop je toch te sjouwen en te vliegen overal. Hier geniet je net zoveel…..En een gegil en daar kwam Pietie aan en Kees daarachter, o man en Piet zijn vingertop is er helemaal af. En ja hoor, griezelig nageltje en al. Papa geroepen en bij de buren om doktersadvies en dadelijk op de fiets met hem weg. Toen ik even bekomen was van de schrik naar die stoelen en ’t vingertopje met nageltje lei er onder. Hoe ’t precies gebeurd is snap ik nog niet. Hij is er door gezakt en toen met ’t vingertje ertussen, enfin de dokter heeft ’t verbonden. Ik belde nog even na of dat topje er nog weer tussen kon, maar ja ’t was al verbonden ook dacht hij dat ’t niet veel meer helpen zou. Enfin tot mijn grote verwondering heeft hij er nooit geen pijn meer aan gehad of koortsig van geweest. Eerste dagen erg opgepast daar hij het niet stootte. Zelfs maar 2x naar de kerk. Nu vanmiddag was’t verband eraf een kind in de speeltuin had hem aan die hand gegrepen ’t Valt me ook hard mee, ’t ziet er niet naar uit. Alhoewel ’t misschien niet helemaal goed komt en de nagel is heel af. Maar dokter dacht dat de wortel er nog in zit. Morgen moet hij er weer naar toe. Wij zijn wel ongelukkig met onze nagels en tenen. Nu houd ik toch echt op. Hillie wil ook nog over al deze “dinzigheden(?ph) schrijven enfin die heeft er toch weer een heel andere kijk op. Hartelijke groeten Mama”.

Ook ik houd hier op met citeren. Al blijft het doorwroeten van deze episteltjes wel zeer vermoeiend, ma schreef gewoon met een buitengewoon belabberd handschrift.  Natuurlijk is het verleidelijk om te vertellen dat ik engelachtig lief kon wezen (zelfs in ’s Gravenzande al* (*bron aanwezig)), maar ik blijf alleen op mijn Corona-eiland. En kijk naar mijn miskleunde vingertop.

Soms.

Soms denk ik, had dat kootje er toch maar gewoon alsnog tussen geprutst.

’t Zou mij zo veel leed hebben bespaard.